|
Main
- books.jibble.org
My Books
- IRC Hacks
Misc. Articles
- Meaning of Jibble
- M4 Su Doku
- Computer Scrapbooking
- Setting up Java
- Bootable Java
- Cookies in Java
- Dynamic Graphs
- Social Shakespeare
External Links
- Paul Mutton
- Jibble Photo Gallery
- Jibble Forums
- Google Landmarks
- Jibble Shop
- Free Books
- Intershot Ltd
|
books.jibble.org
Previous Page
| Next Page
Page 15
--Koest Juun, koest!--weerde ze streng. Nadat ze dan het raam en de
voordeur had gesloten en buiten trad, werd het tusschen hen een stoeien
in aanval en afweren over 't grasveld tot aan de heg, waar, eenmaal op
den weg bij de open velden gekomen, hij uitbundig-blaffend vooruitstoof,
in zijn vreugdevaart een zwerm vogels verschrikkend, die klapwiekend
opvlogen uit de versche voren van een voor 't winterkoren omgeploegden
akker.
Maar even later, uitgeloopen, kwam hij hijgend terug, de roode natte
tong uit den bek. Dan wreef hij zijn kop tegen haar aan of duwde zijn
vochtige snoet in de palm van haar hand.
"O, de liefde en gehechtheid van een lief dier...! 't Is iets kostbaars
en 't kwetst je nooit in je teederheid.... zooals de menschen 't zoo
dikwijls doen die je zuiverst bedoelen bezoedelen. Als je eenmaal door
den leugenachtigen omgang van de menschen-onder-elkaar had
heengekeken.... en een te rechten rug had om al maar weer te bukken, te
buigen.... en voor�l.... als je je niet van binnen verharden kon voor
hun grofheid...., dan hield je 't op den duur in de samenleving niet
uit. Je trok je terug en vluchtte de stilte in, zooals zij had gedaan,
w�g van laster en intrige die, als je eigen leven er al vrij van bleef,
dat van je vrienden vergalde of havende. Hier was ze veilig met haar
liefste bezittingen. Hier, aan 't gulle hart van de natuur, was ze
genezen van veel wat vroeger onheelbaar scheen. Ze werd weer gelukkig,
voor zoover dat zonder Heinz mogelijk was. En hoeveel dragelijker was
ook het gemis van hem..., hier, in zelfgekozen eenzaamheid, dan vroeger
onder de menschen, die ze elkaar zulke lage, wreede dingen zag aandoen,
dat ze eindigde met bijna niemand meer te durven vertrouwen. Hoe werd in
de vijandige wereld die ze had verlaten, het fijne vertreden, het
spontane hartsgebaar gehoond. Het sluwe en hardvochtige alleen
zegevierde. Of zag ze niet ver genoeg?
Maar z�� leed ze onder den geest die de menschen in en na den oorlog
beheerschte, dat het haar de afzondering had ingedreven, waar geen nijd
en hebzucht loerde...., en geen afgunst....
Stil...., ze mocht nooit vergeten hoe zij zelf, die tot haar dertigste
jaar dit gevoel alleen bij naam kende en nooit een ander iets had
misgund wat ze zelf niet bezat, toch ��k onverwacht door dit
minderwaardige werd overvallen. Ze woonde 't eens bij, hoe tactloos
wreed een vrouw haar moeder-weelde uitstalde voor een eenzame,
kinderlooze. Het oude verwelkte meisje, had ze zien krimpen van pijn.
Met verknepen lippen had ze zich van deze pralende Niobe afgewend.
Datzelfde voelde z�j..., toen die �ene vrouw met tartend vertoon haar
huwelijksgeluk uitstalde in het eerste jaar na Heinz' dood.
O, niemand behoefde ooit zijn geluk voor haar te verbergen. Dat was het
niet wat bezeerde! Maar deze vrouw, van wie ze wist dat ze Heinz tot in
hun verloving aanhaalde indertijd, deed het uitdagend, met duidelijke
bedoeling te kwetsen. Hiertegen was ze in die ontredderde dagen niet
bestand geweest. Ze was jaloers, afgunstig geworden. Wel zonder
wraakgedachten, maar toch.... een vergift werd het in haar bloed, een
kanker, die alles wat van nature zacht in haar was, verhardde. Toen
hadden niet �nderen haar in haar verwachting teleurgesteld, maar
zichzelve was ze een ontgoocheling geweest. Treurig dacht ze, hoe Heinz,
als hij haar ooit zoo had gekend, niet van haar zou hebben gehouden
misschien. En dit, meer dan iets anders, deed haar de wrange
verbittering bevechten en overwinnen.
Maar dit wist ze nu, na de beschamende maanden: nijd...., nijd is een
vuil, een zielsverzwammend gevoel, dat alle goedheid aanvreet en van je
vriend een vijand maakt.
* * * * *
Juun rook wild. Huiljuichend stortte hij zich in 't kreupelhout. Nu was
ze hem vooreerst kwijt, totdat hij hijgend, achter adem, met trillende,
ingevallen flanken thuis zou komen en voor haar voeten neervallen. Soms
had hij den verboden buit in den bek.
Elizabeth liep nu verder alleen door de roode najaarspraal. Ze genoot
van den helderen herfstdag; van den geur van het loof en van de
tintelende atmosfeer. De paden in de diepe najaarslanen, waren bevloerd
met een tapijt van bloedroode beukenbl�ren en verder op, aan beide
zijden van den zandweg, stonden de Amerikaansche eiken in herfstgloed,
als ontstoken toortsen.
Toch, ondanks het genot dat de wandeling gaf, was ze blij dicht bij huis
te zijn. Na het incident met den halfdronken paardenbeul, durfde ze zich
niet ver van huis wagen zonder den hond. En ze dacht hoe, wanneer die
ruwe kerel z'n driftige bedreiging eens zou hebben volvoerd, het
tenminste de moeite waard zou zijn geweest, een slag op te vangen voor
zoo'n edel dier.
Previous Page
| Next Page
|
|